Classy & Co is geen modezaak voor Jan en alleman. De jeans van Armani, een jack van Hugo Boss of manchetknopen van Surquin zijn niet voor elke portemonnee. Een groter contrast tussen de filialen in Arnhem en Nijmegen is nauwelijks denkbaar. Arnhem draait met hoge omzetten, Nijmegen kwijnt weg, door mysterieuze verdwijningen uit het assortiment. De malaise in Nijmegen is een raadsel. Komt de hangjeugd uit de buurt soms proletarisch winkelen? Nee. En hoe verklaar je dat een leren jas van 1500 euro in het niets oplost? Daar loopt iemand niet zo mee de deur mee uit.
Wie o wie zit er achter de verdwijningen? Is het vaste kracht Albert? Zijn collega Frans? Eén van de werkstudenten? De bedrijfsleider doet het duidelijk niet goed, dus die vliegt eruit. Zijn opvolger doet het geen haar beter, dus die vliegt er ook ook uit. Hadden we in Nijmegen ook maar zo’n Jan Bralman, denkt de directie. Bralman heeft van Classy & Co in Arnhem een topzaak gemaakt. Hij is een rasechte entertainer, die met iedereen overweg kan.
„Koffie? Zeg, ik heb nou toch iets leuks. Speciaal voor u apart gelegd." En zijn boekhouding klopt tot in de puntjes. Bralman valt ook nog één dag in de week in Nijmegen in, want de bedrijfsleider hier werkt maar vier dagen. Wat Bralman aanraakt, verandert in goud. Ook privé. Op een dag rijdt hij voor op een splinternieuwe Harley Davidson van 30.000 euro. „Eh... verdiend op de beurs." Ten einde raad huurt de directie een onderzoeksbureau in om het Nijmeegse filiaal onder de loep te nemen.
In de winkel komen camera’s te hangen. Daar weet het personeel niets van. Van de beelden wordt de kijker niet veel wijzer. Albert en Frans doen niets verdachts. Ook de studenten gedragen zich keurig. En Bralman is gewoon Bralman: hij maakt zoals altijd veel uren en is er die ene dag in Nijmegen steeds heel vroeg. Te zien is, hoe hij door de diverse rekken gaat met een lijstje in de hand. Hij ontdoet kleding van labels en legt spullen in zijn auto. Waarom doet hij dat? Op aanraden van de speurneuzen roept de directie Bralman met een smoes naar het hoofdkantoor. Als hij terugkomt in de Arnhemse winkel, hangen ook daar stiekeme camera’s.
De Arnhemse beelden werpen opnieuw een merkwaardig licht op Bralmans handelen. Hij rekent wel altijd af, maar slaat niet alle artikelen op de kassa aan. Ook verwijdert hij de labels van de spullen die hij niet aanslaat. Dan valt de puzzel in elkaar. In Arnhem geeft Bralman kleding zonder labels tegen contante betaling mee aan mensen die geen bon hoeven. Daarna verdonkeremaant hij identieke spullen in Nijmegen, waarop hij de in Arnhem verwijderde labels aanbrengt.
Een ingenieus staaltje van fraude. Nijmegen blijft zitten met mysterieuze verdwijningen, in Arnhem klopt alles tot in de puntjes.